05 april 2016
Wim Brands
Wim Brands leerde ik kennen in het bos tussen Maarn en Zeist. Iedere dag zat ik twee uur op de fiets. Een uur naar school, een uur naar huis. Op dinsdag fietste ik zo langzaam mogelijk, dan luisterde ik op mijn walkman naar De Plantage. Het VPRO-radioprogramma waarin Ischa Meijer zijn talkshow had, en waar Wim Noordhoek en Wim Brands schrijvers interviewden over boeken. Lange gesprekken, afgewisseld met reportages, die gemaakt werden met een enthousiaste vorm van nieuwsgierigheid die aanstekelijk werkte. Toen het ging over Antilliaanse schrijvers besloot ik Tip Maruch, Boulie van Leuwen en Frank Martinus Arion te gaan lezen. Ook John Irving las ik omdat Wim Brands zo aanstekelijk had geklonken. Achteraf denk ik dat veel in die boeken mij ontging, maar door ze te lezen voelde ik dat ik in de buurt kwam van een wereld waar ik vermoedde mij thuis te zullen voelen.
Mijn studie cultuurwetenschappen koos ik omdat ik ergens hoopte dat die mij op een pad naar De Plantage-studio zou zetten. Tegen de tijd dat ik stage mocht lopen was het boekenprogramma van Wim Brands verhuisd naar de avond en van de Plantage Middenweg naar de Amstel. Het programma heette nu De Avonden en mijn taak was om de opnamebanden naar Hilversum te sturen. In ruil daarvoor mocht ik erbij zijn wanneer Wim Brands in de studio een schrijver interviewde.
Als we zaten te wachten tot zijn gast kwam vertelde Wim altijd even wat hij van plan was. ‘Het is heel eenvoudig,’ begon hij zijn plan dan. ‘Kijk ik zal je vertellen wat er aan de hand is. Die Dave Eggers heeft natuurlijk een heel knap boek geschreven, maar de reden dat het zo een succes is, is natuurlijk dat het helemaal past bij het soort persoonlijke ontboezemingen waar Oprah Winfrey zo dol op is.’ Een paar minuten later zat Eggers in de studio en hoorde ik hem dat letterlijk tegen Eggers zeggen. ‘You wrote a beautiful book, but the reason people like it so much is…‘ Tot mijn verbazing verscheen er een grijns op het gezicht van Eggers. Eindelijk een interviewer die echt een gesprek wilde voeren. Want het risico een Oprah-boek te schrijven was precies waar Eggers mee geworsteld had.
Een andere keer kwam Judith Herzberg langs. ‘Het is heel eenvoudig,’ zei Wim. ‘Kijk, ik zal je vertellen wat er aan de hand is. Die Judith Herzberg heeft natuurlijk helemaal geen zin om over die poëzie te praten. En daar heeft ze gelijk in. Dus dat gaan we ook helemaal niet doen.’ Een paar minuten later zag ik Judith Herzberg ontspannen, toen ze in de studio in plaats van over poezië mocht praten over boodschappen doen en over kinderen naar judo brengen. Tot Wim midden in het gesprek een bundel van Herzberg pakte en zei: ‘Zou je nu dit gedicht voor willen lezen, dat gaat namelijk over waar we het net over hadden.’
Het is die vanzelfsprekende combinatie van wezenlijke interesse en gedegen voorbereiding waar Wim Brands zich mee onderscheidde.
Een beetje aarzelend besloot ik in die tijd een dichtbundel van hem te kopen, bang dat ik mijn weg niet zou weten te vinden in de gedichten van iemand wiens smaak ik zo waardeerde. Gelukkig voelde ik mij meteen thuis in zijn heldere verhalende stijl. Ook in zijn eigen werk wilde hij met zijn eigen eruditie de lezer niet in de weg zitten. Alleen al de titel van de bundel – De schoenen van de buurman – schetst kraakhelder zijn nieuwsgierigheid, en het vermoeden dat je via de schoenen van de buurman net iets verder kan komen. Net iets dichter bij daar waar je wezen wilt.
Wie iets wil bereiken, vertelde hij mij een keer, zal de kans om te mislukken zo groot mogelijk moeten maken.
Sinds mijn stage bleven Wim en ik elkaar tegen gekomen. Eerst omdat hij mij een dagelijkse column gaf bij de Avonden. Dan vertelde hij mij waar ik mee bezig was; “Kijk het is heel eenvoudig, ik zal je vertellen waar dat stukje eigenlijk over ging.” Later steeds sporadischer. Een poosje las ik dagelijks het blog dat hij bijhield. Een blog waarop hij zijn eigen gedichten en observaties afwisselde met aanstekelijke tips om een boek of artikel te lezen.
Hij was eigenlijk steeds opzoek naar advies, en gaf dat even zo graag weer door. Wie iets wil bereiken, vertelde hij mij een keer, zal de kans om te mislukken zo groot mogelijk moeten maken. Het was voor mij aanleiding te stoppen met schrijven voor anderen, en zelf een solovoorstelling te maken. De laatste jaren zagen we elkaar niet vaak. De gesprekken die we hadden gingen steeds vaker over de gecompliceerde relatie met zijn ouders en het onvermogen daar met ze over te spreken. Voor de Ikon radio schreef hij een brief aan zijn jongere ik. Een brief die terecht ook in zijn laatste bundel gedichten terecht kwam en waarin deels duidelijk wordt waarom hij schreef, las en interviewde.
‘De kunst is om in het leven mensen te kiezen op wie je wilt lijken,’ vertelde hij mij meer dan eens. ‘In je poging die ander te imiteren ontdek je een betere versie van jezelf.’ Het was, vermoed ik, om die reden dat hij altijd boeken las en schrijvers ondervroeg. Omdat het natuurlijk allemaal een stuk minder eenvoudig is dan het lijkt.
Onbedoeld werd hij op die manier iemand zonder wie ik nooit geworden was wie ik nu ben.
Volg Micha